HOOFDSTUK I
Wij herkennen in het begrip warmte een overeenkomst met andere natuurkundige begrippen. Warmte is, volgens onze zienswijze, een substantie, zoals massa dit in de bewegingsleer was. Haar hoeveelheid kan al dan niet veranderen, zoals geld in een brandkast bewaard of uitgegeven kan worden. De hoeveelheid geld in een brandkast zal onveranderd blijven, zolang de brandkast gesloten blijft, evenals de grootte van de massa of de warmtehoeveelheid van een geïsoleerd voorwerp. De ideale thermosfles is het analogon van zulk een brandkast. Evenals de massa van een geïsoleerd systeem, zelfs al hebben er scheikundige omzettingen plaats, onveranderd blijft, evenzo zal er geen warmte verloren gaan, als ze van het ene voorwerp naar het andere vloeit. Zelfs als warmte niet gebruikt wordt voor het verhogen van de temperatuur van een voorwerp, maar bv. voor het smelten van ijs of om water in stoom om te zetten, kunnen wij óns de warmte voorstellen als een stof en haar geheel terugwinnen door het verkregen water te bevriezen of door de stoom te verdichten tot water. De oude namen, latente warmte van smelting en verdamping, tonen aan dat deze begrippen ontstaan zijn uit de voorstelling van warmte als substantie. Latente warmte is tijdelijk opgeborgen als geld in een brandkast, maar beschikbaar voor het gebruik als men de lettercombinatie van het slot kent.