HOOFDSTUK II
Alvorens verder in de theorie van de elektriciteit door te dringen, is het nodig twee nieuwe begrippen in te voeren. Wij zullen hierbij wederom afzien van strenge definities, en in plaats daarvan analogieën geven van begrippen waarmee wij ons alreeds vertrouwd gemaakt hebben. Wij herinneren ons dat het voor een juist inzicht in de warmteverschijnselen van belang was om een scherp onderscheid te maken tussen warmte en temperatuur. Het is even belangrijk om in de elektriciteitsleer de begrippen elektrische potentiaal en elektrische lading niet met elkaar te verwarren. Het verschil tussen die twee begrippen wordt duidelijk gemaakt door de volgende analogie:
Elektrische potentiaal – Temperatuur
Elektrische lading – Warmtehoeveelheid
Twee geleiders, bijvoorbeeld twee bollen van verschillende grootte, kunnen dezelfde elektrische lading hebben, dat wil zeggen dat ze gelijke overmaat van een van de fluïda bevatten. De potentialen van die bollen zullen dan echter niet gelijk zijn. Die van de kleine bol zal hoger zijn dan die van de grote bol. Het elektrische fluïdum zal op de kleine geleider een grotere dichtheid hebben en dus meer samengeperst zijn. Daar de afstotende krachten groter worden met de dichtheid, zal de neiging van een lading om te ontsnappen groter zijn bij de kleine dan bij de grote bol. Deze neiging van de lading om van een geleider te ontsnappen is een directe maat voor de potentiaal. Om het verschil tussen potentiaal en lading duidelijk te maken, volgen in de tabel hieronder enkele korte beschrijvingen van het gedrag van verwarmde voorwerpen naast de beschrijvingen van het bijbehorende elektrische analogon.