HOOFDSTUK I

Joule toonde proefondervindelijk de juistheid aan van de veronderstelling, dat warmte een vorm van energie is, en bepaalde het zogenoemde warmte-equivalent. Het is belangwekkend na te gaan, welke zijn resultaten waren.

De som van potentiële en kinetische energie noemt men de mechanische energie. In het geval van de achtbaan namen wij aan, dat een deel van de mechanische energie werd omgezet in warmte. Als dit juist is, dan moet hier en bij alle andere soortgelijke natuurkundige processen de omzetting van deze twee energiesoorten in elkaar volgens een bepaalde maatstaf gebeuren.

Het feit, dat een bepaalde hoeveelheid mechanische energie omgezet kan worden in een bepaalde hoeveelheid warmte is uiterst belangrijk. Wat is het getal, dat aangeeft hoeveel warmte uit een zekere hoeveelheid mechanische energie verkregen kan worden? Men noemt dit getal het mechanisch warmte-equivalent.