HOOFDSTUK I
Deze vectorvoorstelling kan gebruikt worden om de feiten betreffende de rechtlijnige beweging, die wij hierboven behandelden, nader te beschrijven. Wij spraken van een handwagen die zich met eenparige snelheid langs een rechte lijn voortbewoog en die een duw kreeg in de bewegingsrichting, waardoor de snelheid toenam. Grafisch kan dit voorgesteld worden door twee vectoren: een korte, die de snelheid vóór de duw aangeeft, en een lange in dezelfde richting, die de snelheid na de duw aangeeft (zie de eerste figuur hiernaast).
De betekenis van de gestippelde vector is duidelijk; zij stelt de verandering in de snelheid ten gevolge van de duw voor. Voor het geval waar de kracht in de tegengestelde richting werkte, waar dus de beweging vertraagd werd, ziet het vectordiagram er ietwat anders uit (zie tweede figuur hiernaast). Weer stelt de stippellijn een verandering in snelheid voor, maar in dit geval is haar richting anders. Het is duidelijk dat niet alleen snelheden zelf, maar ook veranderingen in snelheid vectoren zijn. Daar echter iedere snelheidsverandering veroorzaakt wordt door een uitwendige kracht, moet de kracht zelf dus ook door een vector voorgesteld worden. Het is om een kracht te omschrijven niet voldoende aan te geven hoe hard er geduwd werd; wij moeten ook zeggen in elke richting er geduwd werd. Daaruit volgt: de uitwendige kracht is ook een vector en moet dezelfde richting hebben als de verandering van de snelheid. In de laatste twee figuren geven de stippellijnen even goed de richting van de kracht aan als zij de verandering in snelheid aangeven.