HOOFDSTUK I

Van het standpunt van de natuurkundige is het van voordeel om de snelheden van de twee ballen, die in verschillende richtingen voortbewegen, verschillend te noemen. Hoewel het geheel en al een zaak van overeenkomst is, komt het de fysicus gelegen om te zeggen, dat vier auto's, die van hetzelfde kruispunt vier verschillende wegen oprijden, niet dezelfde snelheid hebben zelfs al wijzen hun snelheidsmeters alle veertig kilometer per uur aan. Dit verschil tussen het begrip snelheid in de omgangstaal en in de taal van de fysica laat zien, dat de natuurkunde, uitgaande van een begrip ontleend aan het leven van alledag, zulk een begrip zodanig vervormt, dat het voor de verdere ontwikkeling van de wetenschap bruikbaarder is geworden.